Procedure vreemdelingenrecht

Definities

1. Asielzoeker

In België omvat een asielaanvraag twee vormen van bescherming: bescherming als vluchteling en subsidiaire bescherming. De Belgische autoriteiten onderzoeken of de asielzoeker voldoet aan de voorwaarden van een van deze twee soorten bescherming. Bescherming als vluchteling heeft voorrang op subsidiaire bescherming. Met andere woorden: alleen in het geval dat de asielzoeker niet kan worden erkend als vluchteling, onderzoeken de bevoegde autoriteiten of hem de subsidiaire beschermingsstatus kan worden toegekend.

2. Vluchteling

Een persoon kan als vluchteling worden erkend indien die voldoet aan de voorwaarden van het Verdrag van Genève. In de Conventie van Genève luidt de definitie van een vluchteling als volgt: “Een persoon die uit gegronde vrees voor vervolging wegens zijn ras, godsdienst, nationaliteit, het behoren tot een bepaalde sociale groep of zijn politieke overtuiging, zich bevindt buiten het land waarvan hij de nationaliteit bezit, en die de bescherming van dat land niet kan of, uit hoofde van bovenbedoelde vrees, niet wil inroepen, of die, indien hij geen nationaliteit bezit en verblijft buiten het land waar hij vroeger zijn gewone verblijfplaats had, daarheen niet kan of, uit hoofde van bovenbedoelde vrees, niet wil terugkeren.”

subsidiaire beschermingsstatus:

De subsidiaire beschermingsstatus wordt toegekend aan de vreemdeling die noch als vluchteling, noch als ernstig zieke kan erkend worden en voor wie er ernstige motieven aanwezig zijn om te geloven dat hij een reëel risico loopt op ernstige schade bij terugkeer naar zijn land.

3. Veilig land van herkomst

Een land van herkomst wordt als veilig beschouwd wanneer op basis van de rechtstoestand, de toepassing van de rechtsvoorschriften in een democratisch stelsel en de algemene politieke omstandigheden kan worden aangetoond dat er algemeen gezien en op duurzame wijze geen sprake is van vervolging in de zin van het Verdrag van Genève. De landen die volgens het Koninklijk Besluit als veilige landen van herkomst worden beschouwd: Albanië, Bosnië-Herzegovina, Macedonië (FYROM), Kosovo, Montenegro, Servië en India.

4. Meervoudige asielaanvraag

Een asielzoeker kan een nieuwe asielaanvraag indienen wanneer de vorige werd geweigerd. Dit heet een meervoudige asielaanvraag.

5. DVZ

De Dienst Vreemdelingenzaken is de instantie die bevoegd is voor de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. In het kader van de asielaanvraag gaat de DVZ over tot de registratie van uw aanvraag en onderzoekt zij of België de lidstaat van de Europese Unie is die verantwoordelijk is voor het onderzoek van de aanvraag.

6. CGVS

Het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen is de instantie die uw asielaanvraag onderzoekt en over de erkenning van de status van vluchteling of de toekenning van de subsidiaire bescherming beslist.

7. RVV

De Raad voor Vreemdelingenbetwistingen is bevoegd om kennis te nemen van de beroepen tegen de beslissingen die genomen worden door de DVZ en het CGVS.

8. De Raad van State

De Raad van State is een rechtbank waarbij een cassatieberoep kan worden ingediend tegen een arrest van de RVV.

9. BVG

Het bevel tot het verlaten van het grondgebied.

10. Fedasil

Het federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers is verantwoordelijk voor de opvang van asielzoekers en andere doelgroepen en garandeert de kwaliteit en de conformiteit binnen de verschillende opvangstructuren. Fedasil coördineert de verschillende vrijwillige terugkeerprogramma’s.

11. Dublin-onderzoek

De DVZ gaat na of België verantwoordelijk is voor het asielonderzoek en maakt hiervoor toepassing van het ‘Dublin III-reglement’, die de werkwijze bepaalt.

12. Schema

Juridische basis

Verblijfsrecht

 

Hoofdstuk II van Titel II van de wet van 15 december 1980      betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen

 

Opvang

 

Wet van 12 januari 2007 betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen

 

OCMW

 

  • Artikel 57 en volgende van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
  • Artikel 3 van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie

 

Terugbetaling

 

  • Wet van 2 april 1965 april betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
  • Ministerieel besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven
  • Koninklijk besluit van 12 december 1996 betreffende de dringende medische hulp die door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn wordt verstrekt aan de vreemdelingen die onwettig in het Rijk verblijven

 

 

1. Indienen van een aanvraag

Dit schema kan ook teruggevonden worden via deze link: Schema Asiel aanvraag.

 

De vreemdeling kan op verschillende plaatsen een asielaanvraag indienen:

  • Aan de grens, bijvoorbeeld op de luchthaven, bij de grensautoriteiten. De aanvraag wordt dan ingediend bij aankomst (bijlage 25).
  • Op het Belgische grondgebied, bij de DVZ. De vreemdeling moet dit doen binnen 8 werkdagen na zijn aankomst in België (bijlage 26).
  • In een penitentiaire instelling of een gesloten centrum, bij de directeur van de instelling (bijlage 25).

 

De DVZ ontvangt de aanvraag en onderzoekt of België verantwoordelijk is voor het onderzoek ervan (het zogenaamde Dublin-onderzoek). Na onderzoek kan de DVZ kan oordelen dat België:

  • verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag. In dat geval wordt het dossier overgemaakt aan de CGVS voor inhoudelijk onderzoek van de asielaanvraag.
  • Niet verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag. Naargelang de plaats waar de asielaanvraag oorspronkelijk werd ingediend zal de DVZ afleveren:
    • Asielaanvraag ingediend aan de grens: bijlage 25 quater (beslissing tot weigering van binnenkomst met terugdrijving of terugleiding naar tot aan de grens) én een doorlaatbewijs, ook “laisser passer genoemd)
    • Asielaanvraag ingediend bij de DVZ: bijlage 26 quater (beslissing tot weigering van verblijf met bevel om het grondgebied te verlaten) én een doorlaatbewijs, ook “laisser passer genoemd)

Tegen deze beslissingen kan de asielzoeker binnen de 30 dagen vanaf betekening een niet schorsend beroep tot nietigverklaring indienen bij de RVV (zie verder).

 

2. Het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen

 

Dit schema kan ook teruggevonden worden via deze link: Schema Asiel CGVS.

 

Het CGVS spreekt zich uit over de vluchtelingenstatus en over de subsidiaire beschermingsstatus.

 

Het CGVS neemt vervolgens een beslissing met betrekking tot de asielaanvraag. De volgende beslissingen zijn mogelijk:

- de erkenning van de vluchtelingenstatus: het gemeentebestuur schrijft de betrokkene in het vreemdelingenregister in en stelt de betrokkene in het bezit van een verblijfsrecht van onbeperkte duur (B-kaart)

 - de toekenning van de subsidiaire beschermingsstatus, indien hij niet voldoet aan de voorwaarden om als vluchteling te worden erkend maar werkelijk ernstige schade dreigt te lijden in geval van terugkeer naar zijn land van herkomst. De betrokkene zal worden ingeschreven in het vreemdelingenregister en wordt in het bezit gesteld van een verblijfsrecht van beperkte duur (A-kaart). Dit verblijfsrecht wordt voor de eerste keer toegekend voor 1 jaar, en in geval van verlenging, gedurende 2 jaar. Zodra een periode van vijf jaar is verstreken vanaf de indiening van de asielaanvraag wordt de vreemdeling toegelaten tot een verblijf voor onbepaalde duur (B-kaart). De betrokkene kan tegen de weigering van de erkenning van de vluchtelingenstatus beroep indienen bij de RVV (zie verder).

- de weigering tot erkenning van de vluchtelingenstatus en de weigering tot toekenning van de subsidiaire beschermingsstatus, indien de motieven van de asielzoeker ongegrond zijn. Er wordt een BVG afgeleverd en ter kennis gebracht van de betrokkene (bijlage 13 quinquies). De termijn waarbinnen de betrokkene het grondgebied dient te verlaten, wordt vermeld op het bevel.

- de weigering om een asielaanvraag in overweging te nemen. Deze beslissing wordt genomen wanneer de asielaanvraag wordt ingediend door een onderdaan van een veilig land van herkomst, wanneer het een meervoudige asielaanvraag is waarbij er geen nieuwe elementen aan de orde zijn, wanneer het een asielaanvraag betreft van een Unieburger of wanneer het een asielaanvraag betreft van een persoon die reeds door een andere lidstaat van de Europese Unie als de vluchteling werd erkend tenzij de betrokkene elementen naar voren brengt waaruit blijkt dat hij zich niet langer kan beroepen op deze bescherming. Er wordt een BVG afgeleverd en ter kennis gebracht van de betrokkene (bijlage 13 quinquies). De termijn waarbinnen de betrokkene het grondgebied dient te verlaten, wordt vermeld op het bevel.

 

 

3. De Raad voor Vreemdelingenbetwistingen

 

Dit schema kan ook teruggevonden worden via deze link: Schema Asiel RVV

 

De asielzoeker kan tegen de negatieve beslissingen van het CGVS een beroep bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistigen (RVV) indienen.

 

De RVV kan:

  • de beslissing van het CGVS bevestigen, namelijk de erkenning van de vluchtelingenstatus en/of de toekenning van de subsidiaire beschermingsstatus weigeren. Na een negatieve beslissing van de RVV, werd er voor 1 september 2013 opnieuw een BVG afgeleverd (ook een bijlage 13quinquies).

    Dit beroep is een beroep met volle rechtsmacht dat dient te worden ingediend binnen de 30 dagen. Er zal door de gemeente een bijlage 35 worden afgeleverd. Deze bijlage 35 zal 3 maanden geldig zijn vanaf de datum van de uitreiking. Het wordt daarna van maand tot maand verlengd totdat er een uitspraak komt over het beroep ingediend bij de RVV.

     

  • de beslissing van het CGVS hervormen, zijnde de vluchtelingenstatus of de subsidiaire beschermingsstatus toekennen. De betrokkene zal worden ingeschreven in het vreemdelingenregister en zal in het bezit gesteld worden van een verblijfsrecht (voor de erkende vluchteling een verblijfsrecht van onbeperkte duur (B-kaart), voor de subsidiair beschermde een verblijfsrecht van beperkte duur (A-kaart)).

    Dit beroep is een beroep met volle rechtsmacht dat dient te worden ingediend binnen de 30 dagen. Er zal door de gemeente een bijlage 35 worden afgeleverd.  Deze bijlage 35 zal 3 maanden geldig zijn vanaf de datum van de uitreiking. Het wordt daarna van maand tot maand verlengd totdat er een uitspraak komt over het beroep ingediend bij de RVV.

     

  • de beslissing van het CGVS vernietigen. Deze beslissing wordt genomen omdat hetzij er aan de beslissing van het CGVS een substantiële onregelmatigheid kleeft, hetzij omdat essentiële elementen ontbreken die inhouden dat de RVV niet kan komen tot een bevestiging of hervorming van de beslissing van het CGVS zonder aanvullende onderzoeksmaatregelen. De aanvraag dient opnieuw te worden behandeld door het CGVS.

    Dit beroep is een beroep met volle rechtsmacht dat dient te worden ingediend binnen de 30 dagen. Er zal door de gemeente een bijlage 35 worden afgeleverd.  Deze bijlage 35 zal 3 maanden geldig zijn vanaf de datum van de uitreiking. Het wordt daarna van maand tot maand verlengd totdat er een uitspraak komt over het beroep ingediend bij de RVV.

     

  • de beslissing van het CGVS om een asielaanvraag niet in overweging te nemen indien het een asielzoeker uit een veilig land van herkomst betreft of indien het een meervoudige asielaanvraag betreft die geen nieuwe elementen bevat:

    -   bevestigen

    - vernietigen omdat er ernstige aanwijzingen zijn dat de verzoeker in aanmerking zou komen voor een erkenning van de vluchtelingenstatus of voor de toekenning van de subsidiaire beschermingsstatus.

    Dit beroep dient te worden ingediend binnen de 15 dagen.

4. Het beroep bij de Raad van State

Tegen de beslissing van de RVV kan alleen een cassatieberoep ingesteld worden bij de Raad van State, in te dienen binnen een termijn van 30 dagen vanaf de betekening van de betwiste beslissing. Dit beroep is niet schorsend en de DVZ kan een bestaande beslissing tot verwijdering of repatriëring uitvoeren. De wet voorziet een filterprocedure (toelaatbaarheid) waarbij de Raad van State binnen de 8 dagen nagaat of het beroep toelaatbaar is en in aanmerking komt voor een verdere behandeling.

 

Er is een ‘filterprocedure’ voorzien waarbij de Raad van State binnen de 8 dagen nagaat of het beroep toelaatbaar is en in aanmerking komt voor een verdere behandeling. Als het beroep niet toelaatbaar wordt verklaard, is de procedure definitief afgesloten zonder mogelijkheid tot een beroep. Als het beroep toelaatbaar is, onderzoekt de Raad van State of de aangehaalde middelen kunnen leiden tot cassatie van het arrest. De Raad van State onderzoekt de asielaanvraag niet inhoudelijk, maar gaat enkel na of de RVV de correcte procedures gevolgd heeft. Indien het beroep gegrond wordt verklaard, wordt de zaak terug naar de RVV gestuurd.

 

 

De uitspraak volgt normaal gezien binnen de 6 maanden. De termijn is niet bindend. Als de Raad van State de beslissing ongedaan maakt (vernietiging), wordt het dossier teruggestuurd naar de RVV. De RVV moet een nieuw arrest vellen en rekening houden met de bezwaren van de Raad van State. Als de RvS het beroep van de asielzoeker verwerpt, verandert er niets en is de asielprocedure definitief afgesloten.

 

Indien u hier nog geen antwoord gevonden hebt op uw vraag kunt u steeds de algemene website bezoeken waar u ook een onderdeel 'FAQ' vindt: www.mi-is.be. Het spreekt voor zich dat u zich ook steeds kunt richten tot de FrontOffice via vraag@mi-is.be of 02/5088585.