De territoriale bevoegdheidregels van de OCMW's

De materie van de territoriale bevoegdheid van de OCMW's wordt geregeld door de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

De territoriale bevoegdheidsregels van de OCMW's van de wet van 2 april 1965 zijn zonder onderscheid van toepassing op de maatschappelijke dienstverlening (organieke OCMW-wet van 8 juli 1976) en op het recht op maatschappelijke integratie (wet van 26 mei 2002). Zij zijn niet verschillend voor de maatschappelijke dienstverlening en het leefloon. Wanneer een OCMW bevoegd is, is het bevoegd om eender welke vorm van steun toe te kennen, zowel maatschappelijke dienstverlening als leefloon.

De wet van 2 april 1965 stelt een principe voorop, een algemene bevoegdheidsregel en voorziet in een bepaald aantal uitzonderingen.

De algemene bevoegdheidsregel wordt vermeld in artikel 1, 1°, van de wet. Deze bepaling voorziet dat het territoriaal bevoegd OCMW het OCMW is van de gemeente waar de steunaanvrager gewoonlijk verblijft.

In haar artikel 2 voorziet de wet in een reeks hypotheses waarin wordt afgeweken van de algemene bevoegdheidsregel.

Alle in artikel 2 bedoelde uitzonderingen moeten strikt geïnterpreteerd worden. Bijgevolg moet de algemene regel toegepast worden wanneer niet aan de toepassingsvoorwaarden van de afwijkende regels wordt voldaan. Wanneer een uitzonderingsregel niet kan worden toegepast, valt men terug op de algemene basisregel.

Een correcte toepassing van de bevoegdheidsregels moet in principe een einde maken aan de bevoegdheidsconflicten. Er zal steeds een OCMW bevoegd zijn op basis van een absolute regel.

1. Onbevoegdheid

Een OCMW dat zich territoriaal onbevoegd verklaart heeft de taak om de steunaanvraag over te maken aan het volgens hem bevoegde OCMW. De omzendbrief van 8 april 2003 regelt dat wanneer dit tweede OCMW zich ook territoriaal onbevoegd verklaart, dit OCMW aldus een voorgeschreven procedure een verzoek kan indienen bij de Minister van Maatschappelijke Integratie om ten voorlopige titel een beslissing te nemen in dit bevoegdheidsconflict. De minister zal binnen de 5 werkdagen een beslissing nemen over welk OCMW deze steunaanvraag op zich dient te nemen. Op deze wijze blijft de steunaanvraag niet onbehandeld gedurende een mogelijke gerechtelijke procedure.

Een bijzondere regeling is van toepassing als je:

  • In een instelling verblijft (opvangtehuis, rusthuis, ...)

Het OCMW dat je vraag moet behandelen is dat van de gemeente waar je in het bevolkingsregister bent ingeschreven en waar je dus leefde en woonde voor je opname. Doe je de aanvraag toch bij het OCMW van de gemeente waar de instelling zich bevindt. Dan zal dat OCMW je aanvraag overmaken aan het OCMW van de gemeente waar je bent ingeschreven in het bevolkingsregister.

  • dakloos bent en niet verblijft in een instelling.

Het OCMW van de plaats waar je feitelijk verblijft op het moment van de hulpaanvraag moet je steunvraag onderzoeken.

  • student bent.

Je kan je richten tot het OCMW van de gemeente waar je op het moment van de aanvraag ingeschreven bent in het bevolkings - of vreemdelingenregister. Dit OCMW blijft bevoegd voor de hele ononderbroken duur van je studies.

 

Wat als het OCMW oordeelt niet bevoegd te zijn ?

Het centrum moet:

  1. Je een ontvangstbewijs bezorgen van je aanvraag.
  2. Binnen de 5 kalenderdagen je aanvraag doorsturen naar het bevoegd OCMW.
  3. Je schriftelijk meedelen aan welk ander centrum het je aanvraag doorstuurt

2. Formulier

Met het oog op de administratieve vereenvoudiging en een efficiëntere en snellere regeling van de bevoegdheidsconflicten tussen OCMW's, werd er een elektronisch formulier uitgewerkt, dat online beschikbaar is op de website van de POD Maatschappelijke Integratie: www.mi-is.be , in de rubriek OCMW's, Bevoegdheidsconflicten, Formulieren, Aanvraagformulier om een bevoegdheidsconflict op te lossen: interactieve versie.

Het gebruik van dit formulier is onontbeerlijk om snel te bepalen welk OCMW bevoegd is en dit teneinde de grondrechten van de steunvragers te waarborgen. Daarom zal vanaf 15 augustus 2015 enkel dit formulier nog gebruikt kunnen worden.

         Dit elektronisch formulier laat de OCMW’s toe om bijkomende informatie die betrekking heeft op de situatie van de steunvrager voor te leggen. Deze informatie is bepalend voor de territoriale bevoegdheid van het OCMW,  en dit vanaf de indiening van de aanvraag tot regeling van het bevoegdheidsconflict.

Het ingevulde formulier zal ook verstuurd worden naar alle andere OCMW's die betrokken zijn bij het bevoegdheidsconflict. Zodoende worden zij geïnformeerd over de lopende procedure en de gegevens van het conflict, zodat zij hun standpunt kunnen formuleren en, wanneer nodig, de ontbrekende aanvullende gegevens kunnen bezorgen.

Het gebruik van het elektronisch formulier biedt het grote voordeel te kunnen verzekeren dat de informatie essentieel voor de regeling van het bevoegdheidsconflict overgemaakt wordt door de betrokken OCMW’s. Dit laat een snellere regeling van het bevoegdheidsconflict  toe, alsook een correcte toepassing van de regels inzake de territoriale bevoegdheid van de OCMW's.

 

Aanvraagformulier om een bevoegdheidsconflict op te lossen : interactieve versie

3. Gebruikersgids

Om de OCMW's te helpen hun territoriale bevoegdheid vast te stellen, vindt u in bijlage een praktische gids voor de concrete toepassing van de regels inzake territoriale bevoegdheid van de OCMW’s.

Gebruikersgids de territoriale bevoegdheidsregels van de OCMW's

 

 

  •  

Nous vous invitons à consulter le site internet du SPP et sa rubrique FAQ sur www.mi-is.be. Le FrontOffice est toujours disponible par mail via question@mi-is.be ou par téléphone au 02/508.85.86 pour toute autre question.